Datum publicatie: 28 september 2017

‘Iedereen is blij met de samenhang’

Alle organisaties profiteren van de samenwerking bij C4Youth, vindt beleidsadviseur bij de gemeente Groningen, Anita Schnieders. Dat vertaalt zich in betere jeugdhulp. ‘Ik heb het gevoel dat wat we doen, er ook echt toe doet.’

Het is de combinatie van vele gezichtspunten, manieren van denken – zowel strategisch als uitvoerend – en het gemeenschappelijk belang van goede jeugdhulp dat het succes van de werkplaats kenmerkt, aldus Schnieders. ‘Iedereen is blij met de samenhang.’

Cohort

Het cohortonderzoek uit de eerste fase van C4Youth, noemt Schnieders een belangrijke ‘onderlegger’. De gegevens die dat opleverde, hebben bijgedragen aan allerlei beleidsbeslissingen. Ze hoopt dat er vervolgfinanciering wordt gevonden om dat onderzoek voort te kunnen zetten. Dat de werkplaats zich nu veel meer richt op praktijkonderzoek juicht ze toe: ‘De werkplaats houdt zich bezig met vragen waar we als gemeente mee te maken hebben. Ook de problemen van ouders en praktijkorganisaties komen beter aan bod dan voorheen.’

Standpunten onderbouwen

Er is de laatste jaren enorm veel veranderd in de beleidsvoering van het jeugdveld. Schnieders: ‘De gemeente neemt allerlei standpunten in op basis van visie, kennis en ervaring. Maar wat nog ontbreekt, is de onderbouwing van die standpunten. We zetten van alles in gang, maar werkt het in de praktijk ook? Zitten we echt op de goede weg?’

Resultaten

Bij de beantwoording van die vragen speelt C4Youth een belangrijk rol, zegt de beleidsadviseur. Ze benadrukt daarbij dat ze geen 4 of 5 jaar hoeven te wachten op resultaten. ‘Met het monitoringssysteem van C4Youth kunnen we nagaan wat de effecten van ons beleid zijn. Onderzoekers geven nu al aan hoe verschillend wijkteams in sommige gemeenten met bepaalde casussen omgaan, terwijl we wel in grote lijnen hetzelfde beleid voeren. Dat is boeiend.’

Dynamiek

Door gezamenlijk dergelijke onderzoeksuitkomsten te bespreken, verbetert het werk van de wijkteams vindt Schnieders. ‘We zitten er als gemeente dicht op.’ Toch zal er altijd verschil blijven in de dynamiek van onderzoek en beleid. ‘De gemeente moet het beleid voortdurend aanpassen. Nieuwe situaties vragen om bijgestelde plannen. Dat is voor onderzoekers soms wat lastig. Het vraagt om flexibiliteit, maar ook dat loopt in de praktijk goed.’

‘We zitten er als gemeente dicht op’